Ie Afdeling van het 17e Regiment Artillerie (I-17 R.A.)

Artilleriegroep Prinsenheuvel I-17 R.A. (dec. '46) Dpl. Wachtmeester J.Ph. Makkink I-17 R.A.:
"Ik kreeg te Amstelwijck ongeveer 150 patronen. Een geweer had ik reeds. Van die patronen heb ik er 60 gegeven aan een schildwacht die bij de paardenstal van Amstelwijck zonder munitie op wacht stond. Hierna ben ik per fiets van Amstelwijck gegaan naar de stellingen van 14 R.A. Ik kwam over de spoorbaan en volgde verder de eerste weg links even noord van de boerderij "Rustenburg". Aldaar liet ik mijn fiets achter omdat ik achter deze boerderij parachutisten had zien landen. Op een gegeven moment bevond ik me op ongeveer 400 meter tegenover deze parachutisten en ontving vuur van hen, nadat ik zelf eerst had geschoten. Al mijn 90 patronen heb ik op deze parachutisten vanuit een grintput verschoten. Vervolgens wilde ik teruggaan op de commandopost Amstelwijck. Bij het kruispunt van de weg noord-zijde(= Smitshoek) van Rustenburg met de spoorlijn kwam ik op de spoorbaan. Aan de westzijde daarvan liepen 5 parachutisten. Deze namen mij gevangen. Ze vroegen me naar de weg en verzochten tevens inlichtingen omtrent de Nederlandse troepen. Ik heb gezegd, dat deze overal legen. Hierna dwongen ze mij voor hen uit te lopen. Mijn karabijn mocht ik behouden. Mijn tassen, die leeg waren zijn niet nagekeken. Ik heb de Duitsers gewezen om aan de oostzijde van de spoorlijn te lopen in de richting van Dordrecht. Wij liepen over de spoorlijn aan de rechter zijde van de rails. Ik wist, dat zich aan de Zuidendijk eigen troepen bevonden. Dit had ik gehoord van een infanterist op een kruispunt toen ik in de richting van boerderij Rustenburg ging. Ik heb daarom bewust de Duitsers aan de oostzijde van de spoorbaan laten gaan teneinde ze daardoor in het vuur van de Nederlandse troepen te brengen. Op het kruispunt van de spoorbaan met de Zuidendijk kregen wij inderdaad eigen mitrailleurvuur. Hierna heb ik mij van de spoorbaan laten rollen. Drie van de Duitsers zijn bij het oversteken gedood. Ik heb dit naderhand, toen het vuren gestaakt was, zelf geconstateerd."
Res. kapitein J.B. Baretta, Batterijcommandant 2e batterij Artilleriegroep Prinsenheuvel: 2-I-17 R.A., over het gevecht op 10 mei 1940:
"Tussen de schaal (=School met de Bijbel schr.) en de omliggende huizen liet ik de manschappen zich zo goed mogelijk gedekt opstellen. Een front werd geformeerd zowel naar oost als naar west want de vijandelijke troepen kwamen van beide zijden tiraillerend aan. Wij waren ongeveer een 30 man sterk.

We moesten zuinig zijn met de munitie terwijl de vijand beschikte overr machinegeweren, machinepistolen en handgranaten. Na enige tijd was het de vijand gelukt zich met een mitrailleur te nestelen juist tegenover de speelplaats, voor het batterij-bureau (=school) waardeer ze een groot deel van onze opstelplaats bestreken. Vanuit een dakvenster van een woning naast de school gelukte het mij, met een wachtmeester ven 1-I-17 R.A.,door karabijnvuur deze mitrailleur tijdelijk te dwingen het vuren te staken. Daardoor was een deel van de manschappen in staat zich in noord-westelijke richting terug te trekken naar een kleine griend waar ze nog enige tijd weerstand konden bieden.

De woning, op welker zolder ik mij bevond, werd van alle zijden omsingeld. De munitie was verschoten en aldus restte de mannen niets anders dan zich over te geven. Daarna werd met een handgranaat naar de zolder geworpen zodat ik, gezien het feit, dat we met vier man nog de beschikking had over plm 10 patronen, besloot te capituleren..."